Zomerakkoord 2025: wat verandert er voor jouw managementvennootschap?
Ch-ch-ch-ch-changes: wat verandert er?
De regering wilde duidelijk met een gerust hart op verlof. Voor ze hun out-of-office inschakelden, staken ze toch nog snel de koppen bij elkaar.
In een tempo dat voor onze contreien bijna buitenaards aanvoelt, werd het zomerakkoord afgerond én de programmawet goedgekeurd. Die verschijnt eerstdaags in het Belgisch Staatsblad, maar wij konden niet wachten om je een no-nonsense overzicht te geven van wat er verandert voor jou als bedrijfsleider van een managementvennootschap.
TL;DR
✔ De wachttijd voor de uitkering van je liquidatiereserve zakt van 5 naar 3 jaar. Maar het tarief stijgt van 5% naar 6,5%.
✔ Het verlaagd tarief van 20% roerende voorheffing (na 2 jaar) op het uitkeren van jouw dividenden verdwijnt. Je betaalt nu 30% in de eerste twee boekjaren na inbreng. En 15 % vanaf jaar 3.
✔ Minimumbezoldiging om van het verlaagd vennootschapstarief te genieten gaat van €45.000 naar €50.000/jaar.
✔ Voortaan mag max 20% van je bezoldiging bestaan uit forfaitaire voordelen van alle aard (auto, gsm, internet, …). Sociale bijdragen vallen hierbuiten.
✔ Geen belastingverhoging meer bij onvoldoende voorafbetalingen
✔ Het fiscale gunstregime rond auteursrechten voor softwareontwikkelaars keert terug
✔ Er komt een nieuwe belasting van 10% op meerwaarden op financiële producten.
Liquidatiereserves en VVPR-bis
De regering wil de voorwaarden van liquidatiereserves beter afstemmen op het VVPR-bis regime. (Krijg je al koppijn van deze zin? No worries we got you. We schreven hier al een uitgebreide blog over, met voorbeelden en al.)
Wat verandert er?
De wachttijd voor de uitkering van je liquidatiereserve zakt van 5 naar 3 jaar. Goed nieuws voor wie sneller aan z’n centen wil. Minder goed nieuws: het tarief stijgt van 5% naar 6,5%.
Wie nog wil profiteren van het oude 5%-tarief na 5 jaar, heeft tijd tot 31 december 2025 om een liquidatiereserve aan te leggen. Daarna is het game over.
En VVPR-bis?
Het verlaagd tarief van 20% roerende voorheffing (na 2 jaar) op het uitkeren van jouw dividenden verdwijnt. Enkel wie een kapitaalinbreng doet vóór 31 december 2025 kan nog gebruikmaken van dat gunsttarief na 2 jaar.
Na die datum betaal je 30% in de eerste twee boekjaren na inbreng. Vanaf het derde boekjaar kan je dan uitkeren aan een verlaagd tarief van 15%.
😮💨 Oof, ben je nog mee? Like we said. We schreven hier een aparte blog over. Want dit kort uitleggen, is niet zo eenvoudig. 😄
Minimumbezoldiging stijgt naar €50.000
Wil je blijven genieten van het verlaagd vennootschapstarief (20% i.p.v. 25%)? Dan moet je jezelf vanaf 2026 een iets hoger loon toekennen. Het minimumbedrag stijgt namelijk van €45.000 naar €50.000 bruto per jaar, inclusief voordelen van alle aard.
Maar niet iedereen hoeft meteen z’n loonbriefje aan te passen:
✅ Startende vennootschap? Dan geldt deze regel niet tijdens de eerste 4 boekjaren (als je ook aan de andere voorwaarden voldoet).
✅ Ligt je fiscale winst (waarop je belast wordt) onder €50.000? Dan mag je bezoldiging (= boekhouderstaal voor loon) ook lager liggen, zolang ze minstens gelijk is aan die winst.
Daarnaast is een loonsverhoging niet altijd de beste keuze. Surprise, ook daar schreven we al een uitgebreide blog over: Moet je als bedrijfsleider je loon optrekken?
Voordelen van alle aard: maximaal 20%
Je bezoldiging mag voortaan maximaal voor 20% bestaan uit forfaitaire voordelen van alle aard (denk aan bedrijfswagen, internet abonnement, gsm,..., enz.). Ga je daarboven? Dan verlies je het recht op dat verlaagde tarief in de vennootschapsbelasting.
Er werd even gefluisterd over een extra belasting van 10% op het deel boven die 20%, maar volgens onze bronnen is daar niets van aan. We houden het uiteraard in de gaten en geven een seintje als er iets verandert.
➡️ Forf-uh watte?
Als je jezelf via je vennootschap een wagen, gebruik van een woning of abonnementen toekent, dan zijn dat voordelen waar je privé ook plezier aan hebt.
De fiscus ziet dat als een vorm van loon. Maar in plaats van elk detail uit te pluizen, werken ze met forfaits: vaste bedragen waarmee ze die voordelen schatten.
Een auto met zoveel CO₂-uitstoot? Voilà, dat is wat dat waard is per jaar. En dat bedrag telt dus mee voor die fameuze 20%.
En wat met je sociale bijdragen?
Topvraag, duidelijk bij de pinken jij 😉. Want die worden ook vaak via de vennootschap betaald. Maar omdat het hier gaat om een werkelijke uitgave en géén forfaitair voordeel vallen ze niet onder die 20%.
Bij die van de boekhouding hadden we voor alle zekerheid aangeraden om de sociale bijdragen privé te betalen. We verhoogden dan de brutobezoldiging zodat je op het einde van de rit op hetzelfde uitkwam.
Maar uiteindelijk mogen de sociale bijdragen dus nog steeds met de vennootschap betaald worden. Je hoeft je loon dus niet op te trekken en de kost voor je vennootschap blijft exact dezelfde. Handig én overzichtelijk. Want het geld dat op je privérekening komt, is dan ook écht van jou. Je moet er achteraf niks meer van opzij zetten.
Zijn die sociale bijdragen nog niet echt duidelijk? Dan komt dat goed uit zeg. Want ook daar hebben we een blog over geschreven:
Geen belastingverhoging meer bij onvoldoende voorafbetalingen
Net als je dacht “Waar gaan ze nog mee afkomen om me meer belasting te laten betalen”. Verrassen ze ons opnieuw. En schrappen ze de belastingsverhoging bij onvoldoende voorafbetalingen.
Nu, als starter was je sowieso vrijgesteld voor voorafbetalingen in de eerste drie jaar. Maar nadien krijg je op het einde van de rit een belastingverhoging van 6,75% cadeau als je niet genoeg vooraf betaalt. Althans, kreeg je.
Want die belastingverhoging zou dus geschrapt worden.
Maaltijdcheques stijgen naar €10
Binnenkort steek je dus wat meer in jouw winkelwagentje. Of allez, die illusie willen we onszelf toch graag voorhouden. Vanaf 1 januari 2026 mag het maximumbedrag van maaltijdcheques stijgen van 8 naar 10 euro.
Werkgevers (of bedrijfsleiders) zijn niet verplicht om die verhoging toe te passen, maar krijgen wél een fiscaal duwtje in de rug als ze het wel doen. Hun aftrek stijgt namelijk mee van 2 naar 4 euro.
De hogere aftrek maakt het voor jouw vennootschap interessanter om jou maaltijdcheques van €10 toe te kennen.
Auteursrechten voor de IT-sector: terug van weggeweest?
Goed nieuws voor softwareontwikkelaars: het ziet ernaar uit dat het fiscale gunstregime rond auteursrechten terugkomt. Je werk kan dus opnieuw deels als auteursrechtelijke vergoeding worden uitgekeerd.
Voorwaarden? Nog vaag. Beperkingen? Waarschijnlijk strenger dan vroeger.
Speel dus liever op veilig en vraag een ruling aan. Zo ben je zeker dat je correct zit, en loop je geen risico op verrassingen bij controle.
PS: We zijn al aan het werken aan een nieuwe blog hierover 😉Blijf je graag op de hoogte? Schrijf je dan zeker in in onze nieuwsbrief!
Nieuwe wagen nodig? Koop ‘m op het juiste moment
Elektrische wagens blijven ook de komende jaren fiscaal interessant, maar de aftrek daalt wel vanaf 2027:
2025: 100%
2026: 100%
2027: 95%
2028: 90%
2029: 82,5%
2030: 75%
Vanaf 2031: 67,5%
PS: De fiscale aftrek hangt af van het aankoopjaar, en dat percentage blijft vaststaan voor de volledige looptijd van je wagen.
Hybride wagens verliezen hun aftrekbaarheid veel sneller. Enkel wie er nog vóór 31 december 2025 eentje bestelt, kan nog genieten van een gedeeltelijke aftrek.
2025 (Aanslagjaar 2026): 75% op autokosten, 50% de brandstofkosten
2026 (AJ 2027): 50% op auto- en brandstofkosten
2027 (AJ 2028): 25% op auto- en brandstofkosten
2028 (AJ 2029): 0% op auto- en brandstofkosten
Wacht dus niet te lang, anders ben je dat voordeel volledig kwijt.
Benzine of diesel:
Tenzij je een échte petrolhead bent, laat je een wagen op benzine of diesel beter links liggen (maar you do you hé 🫶). Vanaf 1 januari 2026 zijn zulke wagens niet meer fiscaal aftrekbaar.
Meerwaardebelasting
Niet specifiek voor managementvennootschappen, maar wel interessant voor wie graag privé belegt (meerwaarden gerealiseerd door een vennootschap zijn niet onderhevig aan de meerwaardebelasting). Er komt namelijk een nieuwe belasting op meerwaarden op financiële producten.
Wat houdt dat in?
10% belasting op de winst bij verkoop van o.a. aandelen, obligaties, ETF’s, cryptomunten, goud, ...
Er geldt een vrijstelling van €10.000 per jaar (per persoon). Gebruik je die niet? Dan spaart ze op: +€1.000 per jaar tot max. €15.000.
Pensioensparen, groepsverzekeringen, termijnrekeningen, spaarrekeningen en dividenden vallen niet onder deze belasting.
Conclusie
Er staan dus wel een aantal belangrijke wijzigingen op de planning voor jouw managementvennootschap. Is dit allemaal al 100% in kannen en kruiken? Nee, nog niet. Sommige voorstellen moeten nog vertaald worden in concrete wetgeving. Maar het algemene plan ligt er, de richting is duidelijk, en de deadline voor sommige optimalisaties (lees: 31 december 2025) is nu echt wel in zicht.
Dus: dit is hét moment om even te reflecteren.
Hoe zit je bezoldiging in elkaar?
Wat doe je met je reserves?
Zijn je voordelen nog optimaal geregeld?
Koop je dit jaar een nieuwe wagen?
En hoe zit het met je beleggingen?
👉 Ben je in de war, of heb je gewoon zin om dit eens luidop met iemand te bespreken die niet ‘huh?’ zegt bij het woord VVPR-bis? Stuur ons gerust een WhatsAppke. Dan kijken we er samen naar, en zorgen we dat je 2026 zonder stress tegemoet gaat.
Woordenschatlijst voor niet-boekhouders
Als ze bij die van de boekhouding enthousiast beginnen over liquidatiereserve en forfaitaire voordelen alle aard terwijl jij eigenlijk gewoon wil weten wat er voor jou verandert vanaf 2026, dan is deze woordenlijst voor jou. 😉
-
Een deel van je winst dat je “parkeert” in je vennootschap om later met minder belasting uit te keren. Je betaalt meteen 10% belasting, maar kan bij uitkering profiteren van een verlaagd tarief.
-
Een fiscaal gunstregime voor kleine vennootschappen die na 1 juli 2013 zijn opgericht. Je mag dividenden uitkeren aan een verlaagd tarief roerende voorheffing (15% i.p.v. 30%), op voorwaarde dat je vennootschap aan een aantal voorwaarden voldoet. Voor kleine vennootschappen met inbreng in geld.
-
Een belasting die automatisch wordt afgehouden van inkomsten uit roerende goederen, zoals dividenden of interesten. Het standaardtarief is 30%. Wordt vaak "aan de bron" ingehouden, dus vóór jij het geld ontvangt.
-
Een deel van de winst van een vennootschap dat uitgekeerd wordt aan de aandeelhouders.
Verlaagd vennootschapstarief
Kleine vennootschappen kunnen,onder bepaalde voorwaarden, minder vennootschapsbelasting betalen op de eerste schijf van hun winst (bv. 20% i.p.v. 25%).
-
Boekhoudtaal voor "loon". Dit is de kost die je vennootschap maakt om jou als bedrijfsleider een netto-loon uit te betalen. Je vennootschap boekt het bruto-loon als kost. Daarna wordt de bedrijfsvoorheffing ingehouden en doorgestort naar vadertje staat. Wat overblijft? Het netto-loon, dat netjes op je privérekening belandt. (Bruto – bedrijfsvoorheffing = wat jij krijgt 😉).
-
Als je als bedrijfsleider privé geniet van iets dat je vennootschap betaalt (bv. auto, woning, elektriciteit…), dan wordt dat beschouwd als een voordeel in natura. De fiscus berekent dat voordeel volgens vaste regels (forfaits) en telt het bij je belastbaar inkomen.
-
Als zelfstandige (ook in een managementvennootschap) betaal je elk kwartaal sociale bijdragen op je inkomen. Die bijdragen zorgen voor je rechten op pensioen, gezondheidszorg en andere sociale bescherming.
-
Je kan (of moest) tijdens het jaar al belastingen betalen op je verwachte winst. Doe je het niet, dan riskeerde je een verhoging op je aanslag. Die verhoging valt weg vanaf 2026.
-
Bepaalde creatieve prestaties kunnen onder het auteursrecht vallen (bv. software, teksten, grafisch werk...). In dat geval kan je jezelf een deel van je vergoeding laten uitbetalen als auteursrechten, wat fiscaal gunstiger is (lager belastingtarief + lagere sociale bijdragen). Maar het moet wel écht gaan om originele, beschermbare werken.
-
Een voorafgaand akkoord dat je aanvraagt bij de fiscus. Je legt hen een situatie voor (bv. “ik wil mezelf zo en zo vergoeden”) en zij bevestigen schriftelijk of dat fiscaal in orde is. Zo vermijd je verrassingen achteraf.
-
Een kost is fiscaal aftrekbaar als die beroepsmatig is én bewezen kan worden. Aftrekbare kosten worden afgetrokken van je belastbare winst, waardoor je minder belasting betaalt. Denk aan laptop, auto, opleidingen, enz.
-
Het jaar waarin je belast wordt op je inkomsten van het vorige boekjaar. Dus: boekjaar 2024 → aanslagjaar 2025.
-
Winst die je maakt door aandelen, fondsen of andere beleggingen met meerwaarde te verkopen.
